Indah* kopen
De Tweede Generatie

IN HET NIEUWE NUMMER: ‘DE NJAI fluisterde haar verhaal in mijn leven’

Als klein meisje voelde ik al haar fluistering. De njai, verborgen in de schaduw van mijn familiegeschiedenis, fluisterde woorden die niemand hardop sprak. Ze vertelde over pijn, verlies en onzichtbaar- heid, maar ze bracht me ook wijsheid, veerkracht en kracht. Haar fluistering werd mijn gids, mijn verborgen mentor, hoewel ik dat toen nog niet besefte. Het duurde lang voordat ik naar haar luisterde.

Onzichtbaar

Zoals vele Indische Nederlanders droeg mijn familie het verhaal van de njai met zich mee, vaak verzwegen, meestal onzichtbaar. Mijn grootmoeder, haar moeder was een njai, sprak zelden over haar jeugd in Indië. Haar zwijgen was luid, een stilte gevuld met verborgen pijn en onverwerkte emoties. Pas veel later begreep ik dat haar stilte voortkwam uit schaamte, uit het stigma dat generaties lang aan de njai kleefde. De njai was de vrouw aan de rand van de koloniale samenleving, geliefd, benut en tegelijkertijd afgewezen. Door deze afwijzing ontwikkelde zich binnen onze gemeenschap een diepe, emotionele geslotenheid, een mechanisme dat nodig was om te overleven.

Onze voorgeschiedenis als Indische gemeenschap is complex en vol paradoxen. We dragen de littekens van kolonialisme, van raciale hiërarchieën en van voortdurende ontheemding. Ons lichaam herinnert zich de trauma’s van vorige generaties, zelfs als onze geest ze wil vergeten. Ik zag dit in mijn eigen leven terug: momenten waarop ik me diep verloren voelde en onverklaarbaar verstrikt raakte in gevoelens van schaamte, verdriet of schuld, zonder precies te weten waarom. Mijn remedie was: heel hard werken. Daarmee verdrong ik de schuld en de schaamte, het verdriet en de boosheid. Dat harde werken leverde ook veel op: mijn bureau voor executive teamcoaching liep goed, ik had financiële zekerheid. Maar ik ervaarde ook een gevoel van leegte. Over deze gevoelens zweeg ik.

Back to top button