IN HET NIEUWE NUMMER: NIENKE HEEFT EEN JAPANSE OPA: ‘Ik vind het belangrijk om het verhaal te vertellen en het taboe te helpen doorbreken’

De vader van Nienke Nagel (35) had een Japanse vader, wat jaren voor hem werd verzwegen. Ook voor Nienke was het een onderwerp waar ze moeilijk over praatte. Tot haar vader Max op zoek ging naar zijn familie. “De reis was een belangrijk onderdeel van onze zoektocht naar onze Japanse identiteit.”
Wat is het verhaal van je vader?
“Mijn vader kwam in september 1945 in Padang, Sumatra, ter wereld. Zijn biologische, Japanse vader was daar niet bij. Na de capitulatie van Japan werd hij, ter bescherming van hemzelf, in een kamp geplaatst. Het verhaal gaat dat hij vanuit het kamp naar het huis van mijn oma is gekomen om zijn pasgeboren zoon vast te houden. Kort daarna werd hij naar Japan verscheept en hebben hij en mijn oma elkaar nooit meer gezien. Mijn Indische oma was 17 of 18 toen ze hem ontmoette, hij was ouder dan zij. Over dit stuk verleden werd bij ons thuis nooit gepraat. Daardoor zitten er hiaten in het verhaal. Wat ik wel weet, is dat mijn oma na de oorlog een Nederlandse man leerde kennen, die aan de Birma spoorlijn had gewerkt en behoorlijk getraumatiseerd was. Ze trouwden; in Indië werd er een halfzusje geboren en in 1949 vertrok het gezin naar Nederland. Daar werden nog twee meisjes geboren en als nakomertje een jongen. Mijn oma heeft het verhaal van zijn afkomst nooit aan mijn vader verteld en omdat hij nog maar heel klein was toen zijn stiefvader in beeld kwam, dacht hij altijd dat die zijn echte vader was. Hij was een jaar of 12 toen hij op een keer stiekem in een kast van zijn vader zat te neuzen en daar bij toeval de papieren vond waarin stond dat hij in 1955 door zijn pleegvader als kind werd erkend. Dat zijn vader niet zijn echte vader was, was zo’n schok voor hem dat het tientallen jaren duurde voordat hij het er met zijn moeder over had. Ook omdat hij stiekem in die kast had gekeken, wat hem verboden was. Hij was bang dat hij straf zou krijgen.
Mijn vader had geen fijne jeugd. Hij merkte dat hij anders werd behandeld dan zijn zusjes en broertje. Zijn vader was niet bepaald liefdevol voor hem. Pas na jaren therapie heeft hij begrepen waarom. Op het moment dat hij de papieren vond, deed mijn vader niets met zijn ontdekking, hij was er zich meteen van bewust dat er een enorm taboe rustte op dit onderwerp. Dat ging in de loop der jaren in toenemende mate op hem drukken. Zelfs zijn broer en zussen wisten tot heel lang niets van dit geheim. Als je het weet, zie je wel Japanse trekken in hem, zeker nu hij ouder wordt. Maar destijds zag niemand het. Dat er Japans-Indische nakomelingen bestonden, was in die tijd ook helemaal niet bekend. Mijn vader moet zich ongelooflijk eenzaam hebben gevoeld. Als kind mocht hij niet omgaanmet andere Indische kinderen, misschien omdat mijn oma bang was dat die ouders zouden zien dat hij Japanse trekken had en dat hij door hen daarop afgerekend zou worden.”
Wanneer hoorde jij het?
“Toen ik 16 was, vond mijn vader dat ik de leeftijd had om het te snappen. Hij nam me terzijde en vertelde dat zijn biologische vader een Japanner was die verliefd was geworden op mijn oma. Mijn Nederlandse opa heb ik trouwens nauwelijks gekend, hij overleed toen ik 2 was. Ik wist vrij weinig over Nederlands-Indië, die geschiedenis was ook nooit besproken tijdens lessen op school. Op dat moment vond ik het wel cool om een Japanse opa te hebben. Alles wat Japans was, was in die tijd heel hip. Het maakte dat ik me speciaal voelde. Maar wat voor impact het voor mijn vader had en wat de rol was geweest van Japan in de Tweede Wereldoorlog, besefte ik destijds nog niet.